Walcheren 2009
Ik ben het ondertussen een beetje gewoon om elk jaar een paar keer naar de overkant te gaan fietsen op Walcheren.
Dit jaar koos ik maandag 31 augustus uit omdat het die dag prachtig weer was, weinig wind, veel zon en zeer zacht.
In Breskens wordt het fietsveer genomen en in 20 minuten ben je in Vlissingen.( €5,80 H/T met de fiets)
Het veer slalomt tussen de grote zeeschepen van de ene haven naar de andere.
Walcheren is al ruim honderd jaar door de Sloedam verbonden met het vaste land en is dus geen eiland meer. Het heeft daardoor niet meer de nadelen van een eiland maar nog wel de voordelen ervan.
Via het fietsroutenetwerk volg ik achtereenvolgens naar de nummers 86 – 85 – 90 – 91 – 66 – 65 – 64 – 63 – 35 – 34 en kom zo in het prachtige plaatsje Veere waar ik een middagpauze neem. Veere heeft het statuut van Stad(je).
Op het gezellig marktpleintje wemelt het van de toeristen en de terrasjes zitten terug vol. Op de Markt en aan de kaai zijn er prachtige koopmanshuizen en pakhuizen te zien. De trapgevels, tuitgevels, lijstgevels en klokgevels herinneren aan weleer. De jachthaven ligt vol van de plezierjachten en een veerboot brengt je naar de overkant van het Veerse Meer.
Na mijn middagpauze vat ik de tocht naar Domburg aan. Via de knooppunten 36 – 32 – 31 – 30 – 27 – 16 – 14 kom ik in Domburg aan en het is er wekelijkse marktdag.
Domburg is de oudste badplaats van Walcheren. Vroeger was het een kuuroord waar de elite vertoefde en kunstenaars zich vestigden. Het is een geslaagde mengeling van historie, natuurschoon cultuur en vertier. Na het gebruikelijke terrasje voor koffie met appeltaart zet ik mijn tocht verder richting Westkapelle en Zoutelande.
Tot in Zoutelande tref ik volgende knooppunten: 10 – 40 en 42.
Westkapelle ligt direct aan zee, te midden van strand, dijk, duinen en een klein kreek- en bosgebied ten zuiden van het dorp. In het zuidwesten ligt de badplaats Zoutelande.
Nergens in Nederland varen de grote zeeschepen zo dicht bij de kust als tussen Zoutelande en Vlissingen.
Zoutelande is telkens de stopplaats voor een ijsje. Hier hebben ze de beste ijsjes van Walcheren. Nog een 12-tal km en de tocht zit er op.
Via de knooppunten 44 – 80 – 81 en 84 ben ik terug in Vlissingen aan het veer. Alvorens het veer te bereiken stop ik nog even op de mooie boulevard die veel gelijkenissen vertoont met de boulevard van Benidorm maar in het klein.
Vlissingen is de meest maritieme stad van Zeeland. De sfeer in Vlissingen wordt mede bepaald door de scheepsbewegingen en de belootsing op de rede vlak voor de boulevard, de bedrijvigheid in de verschillende havens, de aanwezigheid van scheepsbedrijven en de jachten in de Middeleeuwse Vissershaven.
Een en al water en scheepvaart waar Michiel De Ruyter trots zou op geweest zijn.
Het rondje Walcheren zoals ik het gewoonlijk en ook deze keer gefietst heb heeft een afstand van om en bij de 65 km. Bij één van mijn fietstochten belande ik in Terneuzen en kon er op de boulevard genieten van de mooie beeldengroepen die er ten toon staan.